Paragnost Eddie en Consulenten

Grensoverschrijdend

Grensoverschrijdend gedrag in de hulpverleningGrensoverschrijdend gedrag in de hulpverlening. In 2000 heb ik mijn opleiding als erkend vertrouwenspersoon afgerond met mijn paper ‘Ongewenst seksueel gedrag op de werkvloer’.
Ongewenst seksueel gedrag vindt niet enkel plaats op de werkvloer en ik heb ook op basis van onderzoek het verschijnsel ‘ongewenst seksueel gedrag’ eerder genuanceerd geherdefineerd.
Niet is altijd wat het lijkt, binnen de context waarin OSG plaatsvindt. Ik kwam ook tot de conclusie dat hetgeen als klacht werd geformuleerd, ontstaan was uit het overschrijden van grenzen vanuit een wederzijds contact.
Vanuit de gangbare benaderingen wordt nog steeds met betrekking tot grensoverschrijdend gedrag gesproken over de dader en het slachtoffer.
Zijn slachtoffers werkelijk slachtoffers of hebben ze hierin ook een eigen aandeel. In de zovele verhalen als vertrouwenspersoon heb ik de vragen ook voorgelegd gehad die ik ervoer als behoorlijk delicaat.
We weten dat macht voor veel mensen een erotiserend effect heeft. We hebben dit ook meegekregen in ons socialisatieproces.
In de hulpverlening worden helaas ook deontologische grenzen overschreden. We weten als hulpverlener dat klanten heel snel gevoelens kunnen krijgen voor een hulpverlener. Dit is ergens wel begrijpelijk. Een cliënt heeft misschien wel voor de eerste keer het gevoel gehoord en gezien te worden door de hulpverlener. Er ontstaat een band. Er ontstaat vertrouwen. En dit maakt ook deel uit van het proces tussen cliënt en hulpverlener.
Als het vertrouwen er niet is, kan een cliënt niet verder. Vertrouwen in een hulpverleningstraject is een basis.
Een hulpverlener weet dat cliënten gevoelens kunnen ontwikkelen en hier is niets mis mee. Het is eerder hoe een hulpverlener met de situatie omgaat, met de gevoelens van de cliënt.
Een cliënt mag best benoemen wat hij/zij ervaart en voelt, want dit geeft dan ook meer ruimte om de gevoelens te kaderen.
De grenzen worden hierbij niet overschreden door een cliënt de ruimte te geven om die gevoelens te uiten. Kan de cliënt hier niet mee om en hoopt dat de gevoelens ooit worden beantwoord, dan is het beter voor de beide, het traject te beëindigen en desnoods door te verwijzen naar een collega.
Kan je als hulpverlener hier niet tijdig zien dat de grenzen verlegd worden en een cliënt aanstuurt op meer persoonlijk contact tussendoor, dan zijn de eerste stappen gezet naar mogelijke problemen hierin.
Ik had jaren geleden contact met een psychologe die het niet erg vond dat ze door sommige van haar cliënten persoonlijk benaderd werd. Ach een berichtje, een mailtje van een cliënt naar jou als hulpverlener, moet kunnen. Ergens vind ik dit ook. Een cliënt die na een sessie toch iets wil delen of wil vragen, mits binnen de perken, zou moeten kunnen. Hierin zijn dan ook duidelijke afspraken heel belangrijk.
Tot op een dag ze naar me toekwam met haar verhaal. Ze wist al snel dat haar cliënt gevoelens had gekregen voor haar. En net als bij andere cliënten vond ze het oké dat hij haar ook privé benaderde. Tot zijn manier van benaderen zo persoonlijk werd dat ze niet wist hoe ze dit kon aanpakken.
Zelf had ze geen gevoelens voor haar cliënt maar ze wou hem niet kwetsen. Na een paar gesprekken vond ze toch de moed om haar professionele grenzen te herbepalen. De cliënt probeerde toch nog verschillende keren haar grenzen te overschrijden door te blijven sturen, emotioneel op haar persoonlijke gevoelens in te werken.
Hij voelde niet meer zoveel om door te gaan met zijn hulpverleningstraject en zegde vaker de sessies af tot op een dag dat hij niet meer kwam opdagen.
Helaas zijn er ook cliënten die zich afgewezen voelen als een hulpverlener niet ingaat op de gevoelens, of mogelijk toch eerst grenzen heeft overschreden en die herbekijkt. Ook dan gaan de poppen aan het dansen. De hulpverlener wordt op die manier in een kwalijk daglicht gesteld en moest beter weten. Dat is dan wat de conclusie is. En eigenlijk kan ik me hier ook volledig in vinden.
Er zijn ook helaas hulpverleners die misbruik maken van de zwakke positie van een cliënt. Ook hier heb ik persoonlijk een situatie met iemand gekend die geconfronteerd werd met een hulpverlener die heel gedreven, stapje per stapje de grenzen van de ethiek overschreed. Dit is een zaak geworden, omdat het duidelijk werd dat er tientallen vrouwen in de valkuil waren getrapt. Soms bouwen hulpverleners dan een strategie op, vanuit vertrouwen en binding.
Soms worden hulpverlener en cliënt daadwerkelijk verliefd op elkaar. Ook dat kan natuurlijk. Dan is het ook hierin verstandig om de hulpverlening in handen over te dragen aan een collega en kunnen de tortelduifjes genieten van hun gevoelens.
Grensoverschrijdend gedrag is echt een ingewikkeld gegeven, er komt zoveel meer bij kijken.
Niettemin is mijn uitgangshouding toch dat er tussen cliënt en hulpverlener een duidelijk gezonde grens moet zijn en die worden ook voor de start van een traject of een consult afgesproken. Zeker in een langdurig traject is dit belangrijk. Het is allemaal heel menselijk, want hulpverleners zijn ook mensen naast hun beroep.
Het gaat erom dat een hulpverlener dit soort situaties moet kunnen inschatten én bovendien professioneel integer omgaat met de gevoelens van een cliënt.
Er zijn hulpverleners die hun problemen met cliënten bespreken. Ook hier zijn de ethische grenzen vervaagd binnen de context van de hulpverlening.
Wat vertel je over jezelf en wat vertel je beter niet aan een cliënt? Uiteraard vertel je wel eens iets over jezelf.
Cliënten zullen soms proberen om dichter bij een hulpverlener te komen, omdat het zo fijn en vertrouwd kan voelen, net omwille van het traject dat iemand doorloopt. Trap je in deze valkuil als hulpverlener en merk je later op dat dit té ver is gegaan, dan wordt het veel moeilijker.
We leven in een aardse werkelijkheid waarin gemakkelijk grenzen worden verlegd. Een voldoende wakkere hulpverlener is alert op de eerste tekenen. Cliënten komen met een hulpverleningsvraag vanuit het volste vertrouwen dat dit niet wordt beschaamd. In die zin is het heel goed dat cliënten zich weerbaar leren opstellen.
Liefdevolle nabijheid en toch met de nodige distantie lijkt mij in een hulpverleningsgegeven het verstandigst. Beter voorkomen dan genezen.