Denk jij te weten?
Denk jij te weten? Vaak vertellen klanten mij te denken te weten wat een ander denkt. Voor sommige zal dit bekend voorkomen, je weet niet wat een ander denkt.
Denken te weten is een aanname zonder te informeren of te controleren of ‘de aanname’ juist is. Het is een interpretatie mogelijk van wat ‘jij’ graag zou willen, dat de ander denkt.
Het is een interpretatie, van ‘jou’ denken. Het innerlijk weten is een heel ander verhaal, dan denk je namelijk niet. Je weet met je diepste weten, dat het de waarheid is.
En zelfs dan blijft het lastig om uit dat hoofddeel te blijven.
Nu kan ik een heel stuk over het limbisch geheugen etc. neerzetten, maar ik kies over het algemeen ervoor om in begrijpend Nederlands te schrijven.
Dus we houden het simpel bij het hart en hoofd, en de linker en rechterhersenhelft.
Het hart en het hoofd staan vaak niet op één lijn, vaak gaat het hoofd tegen het hart in. Of in het hoofd ontstaat twijfel, het bekende stemmetje!
Het denken is dus het hoofd, helaas is het hoofd lang niet altijd zuiver in zijn denken.
Wat het voor veel mensen moeilijk maakt is dat zij het onderscheid niet kunnen maken tussen het hoofd of het hart (het innerlijk weten).
Maar zelfs al beschik je over een innerlijk weten, is het niet makkelijker, om gewoon niet voor een ander te denken, of in te vullen. De meest makkelijke oplossing is gewoon vragen!
Zet de angst opzij en vraag wat iemand denkt of vind. Is het niet veel enger om in te vullen, en er compleet naast te zitten. Nu weet ik al, dat er mensen zijn die zeggen het wel zeker te weten wat die ander denkt.
Hoe zuiver ben je als de ander dicht bij je staat, of je gevoelens c.q. emoties hebt naar de andere persoon, waarvan jij denkt te weten wat deze persoon denkt.
De linkerhersenhelft is analytisch, de rechterhersenhelft creatief. Daarmee kan je vanuit je rechterhersenhelft heel creatief aan de slag gaan, en vragen aan de ander wat deze denkt, voelt. Daarna zou je het alsnog met de linkerhersenhelft kunnen gaan analyseren.
Maar a.u.b. niet over-analyseren, en terugvallen in ik weet wat de ander denkt.