Paragnost Eddie en Consulenten

Gedrag en communicatie van je kat

pes casperFoto van ons Caspertje
Ik krijg wel eens cliënten die vragen stellen over hun huisdieren. Ik ben inderdaad een paar jaar geleden ook opgeleid tot energetisch dierentherapeut en dierencommunicator. Nooit gedacht dat ik dit nou zou doen, want zolang met mensen werken…en nu dieren? Ik heb het toch gedaan en met heel veel plezier! Ik heb zoveel geleerd over de wondere wereld van dieren. Mijn dankbaarheid naar ons katertje Casper is dus ook heel groot, omdat hij mijn oefenmaatje werd. Ondertussen komt hij me vertellen wanneer hij koppijn heeft ( als hij weer eens één of ander muisje naar binnen heeft gewerkt) nood heeft aan een healing , aandacht wil, zich wat bang voelt, rust wil enz….
Praten met katten, waarom katten? Nu, ik hou van dieren in het algemeen, maar met katten heb ik wel iets dat ik niet kan verklaren. Ik ben dus ook nog een eenjarige cursus gaan volgen tot kattenspecialist. Dus…miauw is voor mij een hele ontdekkingsreis geworden. Ik merk op bij ons Caspertje, die inmiddels 6 jaartjes is, dat als ik hem aanspreek op iets en hij het zint hem niet, parmantig zijn rug naar me keert en de hierbij is de blik overduidelijk.
Diegenen die een hond hebben, hebben niet zoveel op met katten, want katten zijn niet te grijpen, niet te vatten, mysterieus…en onbetrouwbaar.
Katten zijn inderdaad vrij stille dieren, die via geurmarkeringen de belangrijkste zaken meedelen en in direct contact lichaamstaal veel effectiever gebruiken dan gemiauw.
Er wordt vaak verondersteld dat katten geboren solitaire dieren zijn die nauwelijks tot geen behoefte hebben aan communicatie, behalve: ‘ kom hier, paar met mij, en , de groeten ‘. Katten gebruiken alle zintuigen om te communiceren, ze delen elkaar het een en ander mee door geuren, ze weten hun lichaamstaal zeer informatief te gebruiken en ze praten ook met elkaar, al speelt de klanktaal van alle communicatiemiddelen onder katten de kleinste rol.
Hoeveel van de verbale en non-verbale taal als geërfd moeten worden aangezien, kan moeilijk worden beoordeeld, aangezien jonge katten al wanneer ze enkele weken oud zijn in staat zijn alle bewegingen en klanken te maken, maar die pas na verloop van tijd leren gebruiken of menig programma pas in hun latere leven zullen gebruiken, zoals het paringsgedrag.
Katten praten alleen met ons graag en relatief veel, omdat ze geleerd hebben dat we wat lichaamstaal en geuren betreft, volkomen minder bedeeld zijn.
Een hongerige blik zorgt er nog lang niet voor dat we overeind springen om de voerbak te vullen.
Zwiepen met de staart en de oren tegen het lichaam aandrukken zijn lang niet altijd voldoende om te voorkomen dat mensen een kat aanraken.
We reageren op ultimatief gemiauw vanuit de keuken, klaaglijk gemiauw voor een deur of venijnig geblaas en gespuug.
Dat katten met ons zoveel praten, maar nauwelijks met elkaar, heeft onderzoekers voor de vraag gesteld of wij, mensen, in de loop van eeuwen zulke praatgrage katten gefokt hebben, of dat de poezen heel eenvoudig al als baby leren dat wij eerder reageren op geluid en dat hun veelzeggende blikken voor ons in werkelijkheid nietszeggend zijn.
Enerzijds hebben we al eeuwenlang meer op met katten die kunnen miauwen, dan met de nauwelijks praatbegaafde wilde katten.
poesAnderzijds kunnen katten ons volstrekt eenvoudig sturen met hun gemiauw.
Wij, kattenverzorgers, weten ondertussen wat het gemiauw van onze katten betekent.
‘ Eten! En een beetje snel ‘ …met een langgerekt, laagklinkend miauw onderscheiden van een ‘ Kriebelen, zachtjes graag, en ja, achter de oren….met een korte en in gevarieerde toonhoogtes tot een hartverscheurende miiiiiiiaaaaaauuuuuwwwww.
Wetenschappers hebben zowat 16 verschillende basisklanken identificeren en onderbrengen in ‘mompelen ‘ , ‘ gezang ‘ en ‘ hoge tonen ‘.
Tot de categorie van ‘ mompelen ‘hoort alles wat katten met hun bek dicht laten horen vb spinnen.
Onder ‘ gezang ‘ verstaan we alles wat als praten kan gezien worden vb het klassieke gemiauw.
En de ‘ hoge tonen ‘ gebruiken katten bij het communiceren met elkaar vb knorren, sissen en blazen.
Als katjes geboren worden, beheersen ze maar een fractie van dat klankrepertoire; pasgeborenen kunnen behalve de ‘ kom- me- halen – miauw ‘ al spinnen, mokken, blazen en sissen. En drie maanden later hebben ze hun ‘ spraakopleiding ‘ achter de rug.
Het vredige bij elkaar zijn van katten verloopt zwijgzaam , wat op ons , de onophoudelijk kletsende mens, als erg aangenaam overkomt. Des te meer ontzet zijn we als katers buiten onder heftig gekrijs beginnen te vechten, in het voorjaar en midden de zomer. Dan gaat het er wild aan toe. ’ s Nachts, ’ s morgens vroeg en als het begint te schemeren dringen hun strijdkreten tot in hun huis door.
Soms klinkt ook het geklaag van krolse katten, alsof ze vreselijke buikpijn hebben en zo gedragen ze zich ook.
Als het geschreeuw tot ons is doorgedrongen en wij merken dat er buiten iets gaande is, is de ruzie vaak al bijna afgelopen.

Liefs
Engelenmedium Mieke Moon Box 45
www.miekecoigne.com